Voedsel
Cavia's zijn grote eters en eten de hele dag door. In de natuur zijn ze de hele dag in de weer met het eten van grassen, bladeren, planten en bloemen. In de thuissituatie moet ook worden voorzien in dit gedrag. Daarom moet een cavia altijd gras en/of hooi tot zijn beschikking hebben. Droog hooi is een belangrijk voedsel en moet constant aanwezig zijn. Ze vinden dit niet alleen erg lekker om te eten en op te liggen, ook trimt het hun tanden die continu doorgroeien en de vezels in het hooi zijn onmisbaar voor hun spijsvertering. Stro kan beter niet gebruikt worden omdat het door de harde delen vaak oogletsel veroorzaakt. Daarnaast moet er gezorgd worden voor veel verse groenten en kruiden. Omdat een cavia, net als de mens, niet zelf vitamine C kan aanmaken moet ervoor gezorgd worden dat dit voldoende in het voer aanwezig is. Een cavia van 1 kilo heeft 20 mg vitamine C per dag nodig. De behoefte kan echter verschillen per leeftijd en omstandigheden. Met name stress en drachtigheid doet de behoefte vitamine C verhogen.
Per dag moet, naast het verse groenvoer en hooi, speciaal caviavoer worden gegeven (ongeveer 30-40 gram per volwassen cavia). Konijnen- of algemeen knaagdiervoer is niet geschikt! Compleet caviavoer bevat 3000 mg/kg vitamine C, dus let op de verpakking. Dit voer moet licht- en luchtdicht bewaard worden, omdat anders de vitamine C op den duur uit het voer verdwijnt. Vaak is 40% van de vitamine al verdwenen als het dier ervan gaat eten. Het beste voer zijn de geëxtrudeerde korrels (staafjes of brokjes). Gemengd voer bevat veel vette zaden die niet zo geschikt zijn in een caviadieet. Bovendien kan de cavia bij een gemengd dieet gaan uitzoeken en belangrijke voedingsstoffen laten liggen. Laat de cavia in dat geval eerst het bakje leegeten voordat er nieuw droogvoer wordt gegeven.
Groenten en kruiden zijn onderdeel van de normale dagelijkse voeding van de cavia. Bij een cavia die niet gewend is groenten te eten moet dit worden opgebouwd, omdat de darmen zich moeten aanpassen aan de nieuwe groenten. Per dag mag ruim aan groenten en kruiden worden gegeven aan een cavia. Een cavia mag eten wat hij opkan, het overschot moet worden weggehaald. Voorbeelden van groenten en kruiden die geschikt zijn voor de cavia: andijvie, paprika, peterselie, witlof, bleekselderij, broccoli, paksoi, sla, komkommer en spruitjes. Daarnaast mag van de wortel en radijs ook het groene loof gegeven worden.
Fruit mag alleen in heel kleine hoeveelheden worden gegeven aangezien de suikers in fruit problemen kunnen geven met de darmflora. Om darmproblemen te voorkomen is het geven van kool (gasvorming) niet aan te raden. Behalve echte groenten, kan er ook altijd extra gras en bepaalde onkruiden (paardenbloem, weegbree, klaver) gegeven worden, deze dienen vanzelfsprekend onbespoten te zijn en niet bevuild met uitlaatgassen van auto's (dus niet plukken langs de weg!). Giftige planten zoals boterbloemen zijn uit den boze.
Drinkwater kan het beste gegeven worden in een drinkfles die gemonteerd wordt aan de kooi of ren. Dit drinkwater dient vaak gecontroleerd en ververst te worden.
Huisvesting
Eén cavia kan in een kooi met minimaal 0,75 m² vloeroppervlak goed worden gehouden (op een tochtvrije en rustige plaats); voor twee moet men minimaal op 1,5 m² rekenen. Meer vinden ze natuurlijk wel fijner en er bestaat niet zoiets als een te grote kooi. Cavia's zijn groepsdieren maar worden desondanks vaak alleen gehouden of bij een konijn. Dit wordt echter door dierenbeschermers afgeraden, omdat konijnen cavia's kunnen verwonden met hun achterpoten. Mannetjes (beertjes) kunnen prima samen gehouden worden, maar wel zonder vrouwtje erbij, anders gaan ze er ruzie om maken. Vrouwtjes kunnen goed met andere zeugjes of met een (gecastreerd) mannetje samen gehouden worden. Hoe groter hun leefoppervlak is, hoe kleiner de kans op ruzies is.
Cavia's vinden het prettig als ze binnen de kooi ook een schuilhokje hebben waarin ze kunnen wegkruipen. Cavia's ruiken niet sterk; 1 à 2 maal per week verschonen is meestal voldoende maar dit hangt mede af van het aantal cavia's per oppervlakte-eenheid en het bodemmateriaal. Enkele mogelijkheden zijn houtsnippers, vlas of hennep. Sommige cavia's plassen de hele kooi door en sommige leren zichzelf aan om er vaste plekjes voor te gebruiken. Deze vaste plekjes zijn bijna altijd in hoekjes en meestal op dezelfde plek als waar ze slapen en of waar ze eten. Het vaststellen van deze plekken en regelmatig schoonmaken (spotcleaning) verkleint de kans op geurtjes enorm.
Cavia's kunnen ook makkelijk buiten gehouden worden (op een grasveldje), maar er moeten daarvoor enkele zaken in acht worden genomen. 's Winters worden ze best in een winterverblijf gestopt. Ook moeten ze voldoende schuilplaatsen hebben, zodat ze kunnen ontkomen aan katten en andere roofdieren. Dit laatste geldt vooral voor de jongen, volwassen cavia's kunnen best hun mannetje staan. Wat ook kan voorzien worden, is een verplaatsbare kooi. Een droog onderkomen is ook noodzakelijk en er moet ook altijd genoeg schaduw zijn, want ze kunnen niet goed tegen regen en felle zon.
Vacht- en nagelverzorging
Nagels moeten bij de meeste cavia's wel eens worden bijgeknipt als ze te lang worden. Men kan in hun nageltjes zien waar de 'ader' loopt, en tot waar men dus kan knippen. Bij zwarte nageltjes is dit niet zichtbaar en zal dus op ervaring of op een zaklamp gerekend moeten worden. Ook kunnen sommige dierenartsen dit doen.
Langharige cavia's hebben veel meer vachtverzorging nodig dan een kortharige cavia. Voor kinderen is een langharige cavia af te raden. Er wordt vaak gedacht dat men een kind er 'verantwoordelijkheidsgevoel' mee leert. Dit werkt niet bij alle kinderen zo. Een cavia behoeft regelmatige verzorging. Dit dient te allen tijde onder toezicht van de ouder te gebeuren. Cavia's zijn geen speelgoed en ze zijn lichamelijk erg kwetsbaar. Cavia's kunnen zich ook nauwelijks verweren zoals een kat of hond dit wel kan doen. Ze zijn overigens zeer meegaand van karakter en bijten eigenlijk nooit. Als de cavia opgepakt wordt, kan dat het best met twee handen waarbij het achterlijf wordt ondersteund. Wederom onder begeleiding want een val kan dodelijk voor een cavia zijn.
Fokken
Jonge cavia's zijn al heel snel (4 weken) geslachtsrijp; aanbevolen wordt echter met fokken te wachten tot ze een maand of 5 zijn maar niet langer dan 10 maanden, omdat met name bij vrouwtjes na die leeftijd de symfyse van het bekken (de plaats waar de bekkenhelften elkaar van voren raken) vastgroeit en niet meer goed kan meegeven bij de geboorte van de jongen wat de kans op sterfte bij de bevalling flink doet toenemen. Omdat de jongen erg rijp (erg groot in verhouding met de moeder) ter wereld komen is een bevalling voor een cavia erg zwaar. Om het diertje tijd te geven na de bevalling weer op krachten te komen wordt aangeraden minstens twee maanden te wachten voor het weer gedekt kan worden.
Bron: wikipedia